Het is de 5e Zondag van de Veertigdagentijd. Net als de vorige weken weer een lang, maar mooi evangelie. Daarom zal ik u tegemoet komen met een korte overweging.

Jezus verkeert bij voorkeur onder eenvoudige mensen. Uit de vier evangelien blijkt dat overduidelijk. Jezus komt liever niet in rijke wijken, maar onder de armen, dáár waar de weerbarstigheid van het leven onverhuld zichtbaar is.

Maria en haar zus Marta en broer Lazarus zíjn zulke gewone mensen. Zij wonen niet in een villawijk, maar in het arme Bethanie,  in het Hebreeuws: ‘Bet Onni’, wat betekent: ‘Huis van ellende’. Bij deze vrienden, bij Maria, Marta en Lazarus voelt Jezus zich thuis, Bij hen komt Hij graag over de vloer.

Jezus wordt op zekere dag van elders naar Bethanië geroepen. omdat zijn goede vriend Lazarus ziek is, ja, zelfs gestorven is, zoals Jezus ondubbelzinnig aan zijn leerlingen te kennen geeft.

Bij aankomst in Bethanië wordt Hem – eerst door Marta en even later ook door Maria – lichtelijk het verwijt gemaakt dat Lazarus niet gestorven zou zijn als Jezus bíj hen zou zijn geweest… Een heel begrijpelijke reactie.

Dan volgt een typische woordenwisseling tussen Marta en Jezus:  een korte dialoog die uitsluitend lijkt te gaan  over het perspectief op ééuwig leven,  bij de verrijzenis op de zogeheten ‘laatste dag’. Een gesprek dus dat volstrekt voorbij lijkt te gaan  aan de diep droevige situatie op dat concrete moment. Een tikje beschamend eigenlijk…

Echter, uit het vervolg blijkt,  – als Martha zegt vást te geloven dat Jezus de Messias is – dat Jezus niet alleen beloven kan  dat Lazarus op de laatste dag verrijzen zal, maar dat Hij evenzeer Heer en meester is  over leven en dood in het hier en nu. Jezus stelt hiertoe een wonderbaar teken: Hij wekt de gestorven Lazarus op uit de dood, Hij roept hem terug naar het leven! Met ons verstand kunnen we hier niet bij, wel met een gelovig hart.

De evangelist Johannes nu getuigt van dit wonderbaarlijk teken als voorbereiding op wat ons te wachten staat met Pasen. Dan zal God zijn Zoon Jézus uit de dood doen herrijzen: Een ontzagwekkend wonder ten teken  dat niet de dood het laatste woord heeft, maar het leven!

Nogmaals: met ons verstand kunnen we hier niet bij, wel met een gelovig hart. Wie blijft hangen bij de onbegrijpelijkheid van wonderen  en niet in geloof zijn hart hiervoor durft openen, zal deze hemelse tekenen uit verlegenheid  trachten te reduceren tot louter symboliek, en daarmee verstoken blijven van dieper inzicht.

Aan ons de uitnodiging  om de wonderbare getuigenissen uit de heilige Schrift  in ons hart te ontvangen als kostbare geschenken. Dan behoren ook wij bij de mensen bij wie Jezus zich thuis voelt, bij wie Hij graag te gast komt. Ook nu.

Amen.

 

Door: pastor Frank van Roermund o.praem.

Lezingen: Ezechiël 37,12-14; Johannes 11,1-45