Skip to main content

Zegenen, nieuwjaar 1 januari 2025, door pastor Joost Jansen.

Op 1 januari en in de komende dagen wensen we elkaar veel goeds toe voor het jaar 2025. Persoonlijk vind ik het mager om aan een stuk door te horen zeggen ‘de beste wensen’, een automatisch gemompel. Terwijl op zich de rite om een keer per jaar ieder het goede toe te wensen een mooi gebruik is. Wat zeggen we dan?
Ik meen dat wanneer je mensen echt iets goeds wilt toewensen dat je dan eerst wat stil van binnen moet worden. U hebt het gehoord over Maria na het bezoek van de herders, deze eenvoudige mensen van het veld. ‘Maria bewaarde al deze woorden – al wat die brave herders hadden gezegd – in haar hart en overwoog ze bij zichzelf.’ Ik denk dat veel kersverse moeders gelijke ervaringen hebben. Je moet die ervaringen een plek geven en dan word je geholpen door wat rust en stilte. Vanuit die rust en stilte, heel concreet vanuit het samen vieren in deze kerk, kun je dan echt – vanuit je hart – de ander het goede toewensen. Het is dan ook gemeend en niet louter een formaliteit.
Ik ben getroffen door  het prachtige zegengebed in de eerste lezing. Laten we er eens bij stilstaan. Het is heel oud. Bij opgravingen in Israël in 1979 vond een jongen twee kleine zilveren rollen van ongeveer drie centimeter met dit gebed. Ze bleken afkomstig uit het begin van de zesde eeuw vóór Christus, de tijd van de profeet Jeremia. Priesters zegenden met dit gebed de gelovigen in de tempel en de synagogen. Maar het werd ook gebruikt door ouders om kinderen te zegenen. Het is mooi hoe er gebeden wordt dat de Heer God de mensen aankijkt, liefdevol, barmhartig. Dat maakt indruk. Wie wil er niet gezegend worden met de liefdevolle en barmhartige blik van de ander? De wereld zou er anders van uitzien! Wanneer je zo kijkt naar een ander en hij of zij ontwijkt je blik niet (want dat kan ook) dan voel je wel dat jij ook iets moet doen. Contact maken, verbondenheid laten groeien. Ik hoop dat mensen die belust zijn op geld en macht – voorbeelden genoeg op het huidige politieke toneel – geraakt worden, zacht worden van binnen en dan ook de verschoppeling zien aan de kant van de weg. De kwaliteit van een samenleving, en ook die van een parochiegemeenschap, is af te lezen aan hoe omgegaan wordt met ‘de minsten der mijnen’ zoals Jezus de armen, zwakken en gemarginaliseerden aanduidt. Niet op de eerste plaats de successtory’s. Het leven van Jezus is tenslotte geëindigd op een kruis. Juist in tegenspoed leer je een mens goed kennen. Een zegen is voor hen zeker op zijn plaats. Want zegenen is niet alleen iets goeds zeggen, zegenen heeft een veel rijkere betekenis.
Ik wil zegenen een beetje vergelijken met een infuus. Als je in het ziekenhuis komt, beginnen ze standaard in je linkerhand een plastic gevalletje te zetten voor het geval ze een infuus moeten geven. Als ik mensen zegen dan denk ik hier vaak aan: die ander die voor me staat of een hele kerk vol, verbinden met God die van ieder van ons houdt. Dat is een heel krachtig infuus. Ik realiseer me in dit geval dat ik louter een instrument ben, God verbinden met mensen en mensen verbinden met God. Hoe mooi is dat.
Lieve mensen, we staan aan het begin van een nieuw jaar. 2025 is in onze rooms-katholieke kerk een Jubeljaar met het thema Pelgrims van hoop. Als ik terugkijk dan zie ik een hoop mooie initiatieven in onze parochiegemeenschap. Zelf ben ik gelukkig met drie nieuwe bestuursleden die voortreffelijk werk doen. Ik merk dat er meer contact is met de basisscholen. Dat er aandacht is voor de ‘kansarmen’ met name door onze diakoniegroep Lichtpunt. We gaan verder, als pelgrims van hoop. Pelgrim zijn is verder trekken samen met anderen. Hoop begint daar waar ieder uitzicht ophoudt. Hoop is net even die glans van God over de situatie toelaten. We mogen steeds ‘aan het infuus’ liggen van zijn liefde. Dat is zijn zegen doorgeven en zelf gezegende mensen zijn. Zalig Nieuwjaar!

Pastor Joost Jansen.